In december 1968 richt Koen Nieuwendijk in het zeer lage sousterrain van Sint Jorisstraat 8, in het hartje van Amsterdam, galerie "Lieve Hemel, stoot je hoofd niet" op. Een paar jaar later, in 1971, verhuist de galerie naar een veel ruimer maar nog steeds laag sousterrain aan de toen al gedempte Vijzelgracht.
Weer 25 jaar later vindt de derde verhuizing plaats. Als Galerie Lieve Hemel in 1996 haar deuren heropent, is de mooiste kunst- en antiekstraat van Nederland, zeg maar van de hele wereld -de Nieuwe Spiegelstraat- eindelijk compleet.
Lieve Hemel is vanaf het begin gespecialiseerd in het hedendaagse realisme. In de jaren tachtig groeit de groep kunstenaars, waarvan werk wordt geëxposeerd, uit tot bijna honderd, maar daarna verandert het beleid. Een kleine selecte groep topschilders van voornamelijk Nederlandse oorsprong krijgt voortaan alle mogelijke aandacht.
Ook het sculpturale aspect is in episoden in te delen. In de jaren zeventig en tachtig wordt met een reeks jaarlijkse tentoonstellingen met de naam "Aarden Realiteiten" de figuratieve keramiek onder de aandacht gebracht. Rond 1990 verschuift de belangstelling voor een aantal jaren naar bronzen beelden, waarmee ongwild een nog steeds durende opleving van het hedendaagse brons in Nederland wordt ingeluid.
Vanaf 1995 krijgt het hedendaags zilver, een betrekkelijk nieuwe en nog "kleine" stroming, waarin bijzondere vormgeving transformeert naar verrassende zilveren sculpturen, een prominente plaats in de collectie.
Weer 25 jaar later vindt de derde verhuizing plaats. Als Galerie Lieve Hemel in 1996 haar deuren heropent, is de mooiste kunst- en antiekstraat van Nederland, zeg maar van de hele wereld -de Nieuwe Spiegelstraat- eindelijk compleet.
Lieve Hemel is vanaf het begin gespecialiseerd in het hedendaagse realisme. In de jaren tachtig groeit de groep kunstenaars, waarvan werk wordt geëxposeerd, uit tot bijna honderd, maar daarna verandert het beleid. Een kleine selecte groep topschilders van voornamelijk Nederlandse oorsprong krijgt voortaan alle mogelijke aandacht.
Ook het sculpturale aspect is in episoden in te delen. In de jaren zeventig en tachtig wordt met een reeks jaarlijkse tentoonstellingen met de naam "Aarden Realiteiten" de figuratieve keramiek onder de aandacht gebracht. Rond 1990 verschuift de belangstelling voor een aantal jaren naar bronzen beelden, waarmee ongwild een nog steeds durende opleving van het hedendaagse brons in Nederland wordt ingeluid.
Vanaf 1995 krijgt het hedendaags zilver, een betrekkelijk nieuwe en nog "kleine" stroming, waarin bijzondere vormgeving transformeert naar verrassende zilveren sculpturen, een prominente plaats in de collectie.